logo Duurzamer Tilburg Duurzamer Tilburg

Energie besparen

Door aanpassingen aan de verwarming en koelinstallaties kun je energie (en geld) besparen. Op deze pagina vind je enkele tips.

Isoleren en ventileren

  • Isoleer verwarmingsleidingen (Inclusief alle knooppunten en aansluitingen in niet-verwarmde ruimtes, zoals in de cv-ruimte)
    Gebruik radiatorfolie en/of radiatorventilatoren. Daarmee zorg je dat warmte uit radiatoren zich beter verspreidt over de ruimte. De ketel hoeft dan minder hard te werken. Je kunt dan ook vaak de temperatuur van de ketel verlagen waardoor deze efficiënter werkt. Let daarbij ook op kierdichting en tochtstrips).
  • Sluit deuren en ramen ook binnen openingstijden (Gebruik een deurdranger of automatische deuren. Zorg ervoor dat er wel voldoende frisse lucht binnenkomt door bijvoorbeeld ventilatie, balansventilatie of afzuiging. Een open deur of raam verliest continu veel warmte).
  • Schakel de ventilatie na gebruik van ruimten uit (Als er niemand aanwezig is, is ventileren niet nodig. Denk daarbij ook aan de toiletventilator).
  • Gebruik uw airco zuinig en maak gebruik van energiezuinige airco's (Zet de airco alleen aan binnen openingstijden. In het stookseizoen (september tot mei) kun je ook met airco verwarmen. Dit kan energiezuiniger zijn dan verwarmen met de cv-ketel. In de zomermaanden kun je ook ‘terugkoelen’ met de airco. Doe dit alleen overdag omdat de koude lucht snel vervliegt. Kies hiervoor een temperatuur van 25 graden. Iedere graad die je verder koelt kost veel energie).
  • Pas een klokregeling op het ventilatiesysteem toe.
  • Pas warmteterugwinning toe op een balansventilatiesysteem.
  • Vervang oudere ventilatoren voor nieuwe die voldoen aan de IE4-norm.
  • Laat raamfolie aanbrengen op enkel- of dubbelglas.
  • Isoleer het dak (Er zijn oplossingen voor zowel boven als onder de dakbedekking).
  • Regel de airco-units automatisch met een klok of weekschakeling en plaats de regelcomputers op de juiste locatie (Als je zonnepanelen hebt, gebruik de airco dan vooral op momenten dat er opwek van eigen zonnepanelen is, om eigen gebruik van opwek te vergroten).
  • Zorg voor goede afdichting van de klimaatkasten.
  • Stel geautomatiseerd energiebeheer in op servers.

Verwarmen

  • Stel de verwarming overdag en ‘s nachts in op een vaste temperatuur (Kies voor 18 tot 20 graden binnen openingstijden. (Iedere graad verlaging bespaart 6% op de verwarming). Je kunt hier een klokthermostaat voor gebruiken. De verwarming kan 1 uur voor sluiting omlaag omdat de warmte nog een uur in het pand blijft. Bekijk ook periodiek of de instellingen nog kloppen. Of dat aanpassing nodig is omdat er is verbouwd, openingstijden zijn veranderd, er feestdagen zijn of de zomermaanden aanbreken).
  • Verlaag de verwarming in de nacht (Radiatoren 5 graden, vloerverwarming 2 graden lager.) Een constante temperatuur is niet zuiniger. Mocht je hier zelf niet uit komen, vraag jouw verwarmingsinstallateur dan om hulp).
  • Zet de verwarming in ongebruikte ruimtes uit of zet 'm lager (Kijk kritisch waar verwarming in jouw pand écht nodig is. Denk hierbij aan magazijnen, kantoren, vergaderruimtes en andere ruimtes die (tijdelijk) niet in gebruik zijn. Soms kun je ook lokaal verwarmen met bijvoorbeeld infraroodpanelen).
  • Installeer een hybride warmtepomp (Je kunt ook kiezen voor een hybride warmtepomp. Die werkt samen met je cv-ketel en gebruikt stroom in plaats van gas. Hierdoor kun je tot 60 procent minder aardgas verbruiken. Op dit moment is er ook subsidie voor: kijk op Subsidie warmtepomp: bedrag en voorwaarden op de site van Milieu Centraal.
  • Doe een lage temperatuursverwarmingtest (Zet de CV-water temperatuur in de winter op 50 graden. Natuurlijk alleen als het pand snel genoeg op temperatuur komt en blijft. Indien dit niet het geval is zet je stapsgewijs de temperatuur van de CV hoger).

Verlichting

  • Vervang alle lichtbronnen binnen en buiten voor een LED alternatief.
  • Vervang oude TL door LED-tubes.
  • Breng een schemer-, en tijdschakeling aan op de buitenverlichting.
  • Gebruik een aanwezigheidsmelder of bewegingsmelder voor verlichting.
  • Schakel verlichting in ongebruikte ruimten uit.
  • Vervang de verlichting van de vluchtwegaanduiding door LED.
  • Vervang PL-lampen door LED.
  • Vervang hoogfrequent TL (T8 en T5) door high-output LED-tubes
  • Vervang gasontladingslampen door ledarmaturen.

Terreinverlichting

  • Plaats een tijdklok samen met een daglichtregeling als de verlichting op vaste tijden moet branden terwijl het donker is.
  • Plaats een bewegingssensor op plaatsen waar de lampen niet altijd aan hoeven te zijn.
  • Plaats extra schakelaars voor de veldverlichting per veld.
  • Vervang op een lichtmast de armaturen met spaarlampen of gasontladingslampen door LED-armaturen.

Ruimteverwarming

  • Pas een weer-afhankelijke regeling (WAR) toe.
  • Gebruik frequentie-geregelde ventilatiepompen.
  • Vervang direct gestookte gasheaters voor HRgasheaters of vloerverwarming.
  • Breng roosters in de schotten voor de verwarming voor een betere luchtcirculatie.
  • Maak gebruik van thermostaatkranen op radiatoren.
  • Isoleer leidingen en appendages en ventilatiekanalen.

Energiebeheersysteem (EBS)

  • Plaats een slimme meter waarbij gas- en warmte- (per uur) en elektriciteitsgebruik (per kwartier) van het gebouw wordt geregistreerd.

Perslucht

  • Vergroot de perslucht-buffer.
  • Beperk verlies van perslucht buiten bedrijfstijden door een tijdschakelaar.
  • Pas een flowdruk-regelaar toe in het persluchtnet.
  • Pas een luchtkanaal toe zodat de persluchtcompressor (koude) buitenlucht aanzuigt.
  • Gebruik zuinige perslucht gereedschappen.
  • Vervang oud elektrisch handgereedschap door pneumatisch gereedschap.
  • Gebruik een blower voor schoonblazen i.p.v. perslucht.
  • Vervang regelklep-bediening o.b.v. perslucht door elektrische aandrijvingen.

Serverruimte

  • Pas virtualisatie en consolidatie toe bij lokale servers.
  • Regel de volumestroom bij droog- en moffelovens o.b.v. de bezettingsgraad.
  • Neem een laagbelaste ‘Uninterrupted Power Supply’ (UPS) uit bedrijf.
  • Pas een buitenluchtklep toe voor koeling van de serverruimte.
  • Pas een energiezuinige koelinstallatie toe voor de koeling van serverruimten.
  • Breng een scheiding aan tussen de koude aanvoerlucht en de warme afvoerlucht in de dataruimte.
  • Hergebruik de warme afvoerlucht in warmtewisselaars om water voor te verwarmen.

Stoom

  • Verlaag stoomdruk van het centrale stoomnet.
  • Gebruik een economiser om warmte uit rookgassen van de stoomketel nuttig in te zetten.
  • Gebruik een rookgas-condensator om warmte uit rookgassen uit de rookgassen van de stoomketel nuttig in te zetten.
  • Vervang stoom als middel van ruimteverwarming door een direct gestookte hoog-rendement (HR-)verwarmer of donkere strammers.
  • Isoleer ongeïsoleerde warme delen van de stoomketel, stoomleidingen en appendages om warmteverlies tegen te gaan.
  • Pas een omgekeerde osmose (RO)-installatie toe om de ketelwater-kwaliteit te verbeteren.
  • Plaats een warmtewisselaar bij de uitgang van een heetwaterproces om het suppletiewater voor te verwarmen met warmte uit te lozen water.

Aandrijvingen

  • Pas een frequentieregeling toe op compressoren van koel-, vries- en persluchtinstallaties en op machines en pompen.
  • Vervang elektromotoren met efficiëntieklasse IE3 of lager voor een motor met klase IE4 of hoger.

Warm tapwater

  • Isoleer warmwaterleidingen en appendages.
  • Vervang bij een indirect verwarmd voorraadvat de bestaande ketel door een HR-ketel.
  • Bij opwek van zonnepanelen kan een zonnestroomboiler een interessante optie zijn (Dat is duurzamer dan verwarmen water via CV. Bovendien stimuleer je eigen verbruik van zonnepanelen daardoor).

Productkoeling

  • Gebruik een alternatief voor elektrische verwarming aan de binnenzijde van de glazen deur van een verticaal vriesmeubel.
  • Scheid de luchttoevoer naar de koelinstallatie van de warme lucht uit de koelinstallatie.
  • Pas een condensordrukregeling op buitenluchttemperatuur toe op de koelinstallatie.
  • Gebruik de restwarmte van de condensors van de koelinstallaties.
  • Pas dag- en nachtafdekking toe bij semi-verticale koelmeubels.
  • Pas heetgasontdooiing toe op de vriesinstallatie.
  • Plaats deuren voor verticale koelmeubels.
  • Plaats dagafdekking op horizontale vriesmeubels.
  • Isoleer koel- en vriesleidingen.
  • Koppel de verdamperventilator aan de vriesceldeur.
  • Isoleer de wanden van de koelcellen om warmte buiten te houden.
  • Regel de verdamperventilatoren van koelcellen o.b.v. meerdere temperatuursensoren.
  • Pas een frequentieregelaar toe om het circulatievoud te regelen bij gekoelde opslag van groente, fruit of andere plantaardige producten (levend product).
  • Zorg dat vriezers ijsvrij blijven.

Koeling

  • Dek open koelingen af (Denk hierbij aan de koeldeuren in de supermarkten; een open koelkast verliest veel energie aan de omgeving. Dit geldt voor alle (verticale en horizontale) koelmeubelen).
  • Ontdooi alle koelmeubelen (vriezer en vriesvakken) (Elke 2 mm ijsvorming laat het energieverbruik met 10% toenemen).
  • Maak condensors schoon (achter de koelkast of vriezer) (Zo kunnen ze goed hun warmte kwijt).
  • Schakel ongebruikte koeling zoveel mogelijk uit (Maak gebruik van een centrale koeler zoals een koelcel of grotere koelkast). 

Drogen

  • Pas vermogensregeling toe op de ventilatietoevoer naar de droogkamer.
  • Pas een vochtsensor inclusief regeling toe in de uittredelucht van droogprocessen.

Procesapparatuur

  • Optimaliseer de procesparameters van procesapparatuur.
  • Zuig warme lucht af bij grote warmte producerende apparaten zodat de ruimte minder hoeft te worden gekoeld.
  • Pas een hoogfrequente HR-lader toe voor het opladen van tractiebatterijen.
  • Plaats een filter op de afvoerlucht van de snipperafzuiger en blaas de afgezogen lucht terug de ruimte in.
  • Pas een frequentieregelaar toe op de ventilator van de centrale stofafzuiging.
  • Plaats een stopknop om het onnodig aanstaan van het centraal stofzuigersysteem te voorkomen.
  • Plaats een frequentieregelaar om het opgenomen vermogen van het centrale vacuümsysteem te beperken.
  • Vervang aanwezige verlichting op of nabij procesapparatuur door ledverlichting.

Proceswarmte

  • Plaats aanvullende platen in de platenwarmtewisselaar om de warmteoverdracht te vergoten.
  • Isoleer warme productleidingen en appendages.
  • Isoleer de wanden van hoge temperatuur procesvaten om warmteverlies te beperken.
  • Isoleer de wanden van verwarmde opslagtanks.
  • Pas een elektrische verwarmingsmantel toe voor IBC-containers.
  • Gebruik het warme en koude water uit de sterilisatiecyclus van producten of goederen voor verwarming en koeling van het sterilisatiewater.
  • Gebruik de restwarmte uit het blancheerproces door het plaatsen van een warmtewisselaar.
  • Gebruik de warmte van folieblazen nuttig voor de verwarming van een dichtbij gelegen ruimte.

Proceskoeling

  • Plaats een warmtewisselaar om de restwarmte in koelwater te benutten.
  • Pas een drycooler toe voor de koeling van procesapparatuur.
  • Pas voorkoeling met (leiding)water toe in een proces met ijswaterkoeling.

Datacentrum

  • Stel een hogere koeltemperatuur in voor de koeling van servers.
  • Pas een frequentieregelaar toe om het vermogen van de zaalkoelers te beperken.
  • Pas vrije koeling toe bij de koelinstallatie in het datacentrum.

Ovens

  • Pas een rookgasklep toe in het rookgaskanaal van de gasgestookte oven om warmteverlies te beperken.
  • Pas modulerende branders in ovens toe.